Vanmiddag stond een (iets te) toeristische demonstratie van aalsscholver visserij op het programma. De getrainde aalsschovers duiken de vissen op en brengen ze terug op de visserssloepen.
Wij voeren met Chinese toeristen in een zestal bootjes het meer op om dit te bekijken, ons bootje werd geroeid door een tengere oude Chinees met ėén tand. 'Nin sjujou pangmang ma?' wist ik me van Chinese les te herinneren, 'heeft u hulp nodig?' Hij schoof ons twee peddels toe, en Sietse en ik roeiden mee. Nadat de gespierde vogels bij hun nek waren gegrepen en in het water gesligerd kwamen ze in een mum van tijd met grote vissen terug aan boord. Ik gebaarde naar onze Chinese roeier dat ik wel wat dichterbij wilde komen om mooie foto's te maken. Dat kon voor wat geld, en even later kon ik vissers en hun prachtige vogels vam dichtbij fotograferen.
Inmiddels waren de andere boten al terug naar de aanlegsteiger, en moesten we flink roeien. Met zijn fooi in het vooruitzicht liet het mannetje zich van zijn beste kant zien, en begon Chinese liedjes te zingen. Toen hij klaar was, klapte hij voor zichzelf. Nu moesten wij iets zingen, gebaarde hij. Al 'Berend Botje ging uit varen' zingend bereikten wij de aanlegplaats, waar de Chinese toeristen massaal hun camera's trokken om ons zo vast te leggen. Ga staan, gebaarde het mannetje naar ons, maar daar hadden we geen zin in. Hij wilde een tip van 100 yuan hebben, een beetje veel, maar ik was al te jolig om af te dingen.
Kees
Geen opmerkingen:
Een reactie posten